Betekenis statussymbolen op iPhone

De kleine symbolen boven in een iPhone-scherm zijn u vast weleens opgevallen. Maar wat betekenen al deze pictogrammen?
Informatie over telefoon
Boven in het scherm van een iPhone staan kleine pictogrammen in de zogenoemde statusbalk. Deze symbolen geven informatie over de iPhone. Het verschilt per moment welke pictogrammen zichtbaar zijn. Zo zijn sommige plaatjes alleen zichtbaar als een bepaalde functie, zoals de vliegtuigstand, aanstaat.
Bedieningspaneel
Bij een iPhone met gezichtsherkenning (iPhone X of nieuwer) is er minder ruimte voor de statusbalk. Open dan het bedieningspaneel door omlaag te vegen vanaf de rechterbovenkant van het scherm. Bovenaan het bedieningspaneel staan extra symbolen in de statusbalk.
Overzicht statussymbolen
Standaard zijn de tijd, het mobiel signaal, de internetverbinding en de batterij in beeld. Maar er zijn veel meer mogelijkheden. Hieronder een overzicht van de verschillende statussymbolen.
- Tijd: geeft actuele tijd weer.
Locatie: een app gebruikt actief de locatie van de iPhone. De klok of de hele statusbalk kleurt blauw.
Telefoongesprek of persoonlijke hotspot: met de iPhone wordt gebeld of de iPhone is de persoonlijke hotspot voor een ander apparaat. De klok of de hele statusbalk kleurt groen.
Opname: de iPhone maakt een opname van geluid of beeld. De klok of de hele statusbalk kleurt rood.
Mobiel signaal: het aantal streepjes geeft aan hoe sterk het signaal van het mobiele netwerk is.
4G (kan ook 5G zijn): geeft aan dat het netwerk beschikbaar is.
Wifi: de iPhone is verbonden met wifi. De streepjes geven de sterkte van het signaal aan.
Persoonlijke hotspot: de iPhone is verbonden met de persoonlijke hotspot van een ander apparaat.
Batterij: geeft aan hoe vol de batterij is.
Batterij wordt opgeladen: de batterij wordt opgeladen.
Vergrendelen: de iPhone is vergrendeld.
Staande weergave vergrendeld: de staande weergave is vergrendeld.
Locatievoorzieningen: een app of ander onderdeel gebruikt op het moment locatievoorzieningen.
Vliegtuigmodus: de vliegtuigmodus staat aan.
Niet storen: de functie ‘Niet storen’ staat aan.
Camera in gebruik: een app of ander onderdeel gebruikt op het moment de camera.
Microfoon in gebruik: een app of ander onderdeel gebruikt op het moment de camera.
CarPlay: de iPhone is verbonden met CarPlay.
AirPlay: op de iPhone is AirPlay ingeschakeld.