Mac-computers: de Finder

Het openen van Finder is heel eenvoudig, omdat er al een pictogram voor aanwezig is op het dock. Klik op dit pictogram (een lachend gezichtje) helemaal links op het dock om Finder te starten.

Het Finder-venster is opgedeeld in een linker- en rechterdeelvenster. Dit werkt eigenlijk precies zoals de Windows-verkenner: aan de linkerkant geeft u aan naar welke map u wilt navigeren en vervolgens wordt de inhoud van die map aan de rechterkant getoond.

In dit gedeelte linksboven, staan snelkoppelingen naar mappen en/of onderdelen die u waarschijnlijk vaak zult gebruiken, zoals Bureaublad, Documenten, Apps, Downloads enzovoort.

Dit gedeelte in het linker venster, zal niet voor iedereen zichtbaar zijn. Maakt uw computer echter deel uit van een netwerk dan zullen deze apparaten hier getoond worden. Bovendien treft u hier ook externe opslagdragers, zoals een aangesloten usb-stick of harde schijf.

U kunt met de Finder ook programma's starten. U klikt daarvoor onder 'Favorieten' op de optie Apps in de linkerdeelnavigatie. Dubbelklik daarna op de naam van een programma om het te starten.

Een andere manier om een programma op te starten is rechtstreeks vanaf het Dock (de balk aan de onderzijde van uw beeldscherm).

De Finder ondersteunt het gebruik van tabbladen zoals u dat gewend bent van uw internetbrowser. Met tabbladen kunt u meerdere mappen binnen de Finder naast elkaar open hebben staan. Dit is bijvoorbeeld handig als u een bestand wilt verplaatsen van de ene map naar de andere.

De Finder opent standaard met één venster, zonder tabbladen. U kunt als volgt een nieuw tabblad openen:

• Klik in de menubalk bovenin op Archief.
• Klik op Nieuw tabblad.

• Een nieuw tabblad wordt geopend. U kunt nu in beide tabbladen naar verschillende mappen in de Finder bladeren.
• Wilt u nog een extra tabblad openen, klik dan rechts van het meest rechter tabblad op het plusteken . Een nieuw tabblad opent aan de rechterkant. Wilt u een tabblad sluiten, klik dan links in het tabblad op het kruisje .

Wellicht bent u niet op zoek naar een programma, maar naar iets heel anders. Er zijn dan vier weergaves waarmee u door de Finder kunt navigeren: 'Symbolen', 'Lijst', 'Kolommen', en 'Galerie'. U vindt deze opties linksboven bij een rijtje van de volgende vier pictogrammen: .

In de Symbool-weergave wordt een overzicht met pictogrammen weergegeven van de inhoud van een map. Dit is niet de meest compacte weergave, maar wel handig als u visueel bent ingesteld.

De Lijst is de meest compacte weergave waarin u onder andere de naam, bewerkingsdatum, grootte enzovoort van de bestanden ziet en de bestanden daar ook op kunt sorteren.

Bij Kolommen wordt er een nieuwe kolom geopend voor elke submap die u aanklikt. Op deze manier is eenvoudig te zien waar de map zich precies bevindt op de computer.

Galerie toont een bestand groot op het scherm met daarin een lint met andere bestanden in de map. Deze weergave is ideaal voor het bekijken van afbeeldingen.