Werken met Verkenner in Windows 10

In de Windows Verkenner ziet u de bestanden en mappen die op de computer of op een aangesloten opslagmedium staan. Denk daarbij aan een usb-stick of externe harde schijf. Met het programma kunnen gebruikers navigeren door de mappen. Sla via de Verkenner bestanden zoals foto's en tekstdocumenten op en orden ze in mappen.

Meestal staat de Verkenner op de taakbalk . taakbalk De balk helemaal onderaan het bureaublad van Windows. Het bevat pictogrammen van programma's, de startknop van Windows om het startmenu op te roepen en het zoekvlak. Helemaal rechts op de taakbalk vindt u het systeemvak. Klik eenmaal op het pictogram en het programma opent. Ziet u dit pictogram niet? De Verkenner staat ook altijd in het startmenu.

• Klik in de taakbalk op het pictogram met het vergrootglas.
• Typ 'Verkenner' en klik op Verkenner.

Verkenner op de taakbalk zetten

Staat de Verkenner niet standaard op de taakbalk, maar wilt u hem daar wel een vaste plek geven? Dat kan als volgt:

• Klik in de taakbalk op het pictogram met het vergrootglas.
• Typ 'Verkenner' en klik op Verkenner.
• De Verkenner opent en u ziet het pictogram onder in beeld op de taakbalk staan. Klik met de rechtermuisknop op het pictogram  .
• Klik op Aan taakbalk vastmaken.

De Verkenner is als volgt ingedeeld (zie ook de afbeelding onder de opsomming):

1. Navigatievenster 
   Gebruik dit deel van de Verkenner om toegang te krijgen tot alle mappen en bestanden. Klik links op een onderdeel, dan opent rechts de inhoud.
2. De knoppen 'Vorige', 'Volgende' en 'Omhoog'
   Navigeer met 'Vorige' en 'Volgende'  tussen verschillende mappen. 'Terug' brengt u bij de voorlaatste map en 'Verder' naar een volgende map. Met 'Omhoog' gaat u naar een bovenliggende of overkoepelende map (als die er is in de structuur).
3. Lint
   In het lint staan veelgebruikte taken handig gegroepeerd. Het lint is in eerste instantie dichtgeklapt. Als u op een tabblad klikt, verschijnen de beschikbare opties. Afhankelijk van het geselecteerde item in de lijst met mappen, kunnen extra tabbladen zichtbaar worden. Ze hebben elk weer hun eigen opties.
4. Adresbalk 
   In de adresbalk staat het pad (de stapjes) naar de geselecteerde map. Klik op het lege deel om het volledige pad naar uw bestanden in de geopende map te tonen.
5. Het rechter deelvenster
   Hier staan de mappen en de inhoud van mappen.

In het navigatievenster (aan de linkerzijde) staat soms een pijltje voor een onderdeel. Als het pijltje naar rechts wijst, zijn er onderliggende mappen. Een pijltje dat naar onderen wijst geeft aan dat de onderliggende mappen zijn uitgeklapt. Klik bijvoorbeeld op het pijltje voor 'Deze pc' om het verschil te zien:

In het navigatievenster staan onder 'Deze pc' alle schrijven van de computer, met de bijbehorende letter erachter. De harde schijf harde schijf Zie vaste schijf. heeft meestal de letter C. Als u een usb-stick hebt aangesloten, dan staat deze met een andere letter in dit rijtje.

De Verkenner bevat het element 'Snelle toegang'. Klik in het navigatievenster op Snelle toegang. Rechts staan veelgebruikte mappen en recente bestanden. Op die manier hebt u snel toegang tot mappen die u vaak gebruikt en bestanden waar u onlangs aan hebt gewerkt. De inhoud van Snelle toegang ontstaat vanzelf. U kunt ook zelf favoriete mappen vastmaken aan Snelle toegang.

Maak zo een map vast aan Snelle toegang:

• Ga in de Verkenner naar de map die u wilt vastmaken aan Snelle toegang.
• Klik met de rechtermuisknop op de bewuste map.
• Klik op Aan Snelle toegang vastmaken.

Een map weer verwijderen gaat als volgt:

• Klik onder 'Snelle toegang' met de rechtermuisknop op de map die u wilt losmaken.
• Klik in het verschenen menu op Van Snelle toegang losmaken.

Bepaal zelf hoe mappen en bestanden eruitzien in de Verkenner. Stel in hoe groot de pictogrammen in beeld staan. Geef aan dat u direct extra informatie wilt zien over een bestand, bijvoorbeeld de grootte van een bestand of het type.

• Klik in het lint op Beeld.
• In de groep 'Indeling' staan verschillende mogelijkheden voor de weergave. Klik bijvoorbeeld op Normale pictogrammen, Lijst of Details en zie het verschil.

Op een Windows 11-computer kunt u eveneens het uiterlijk van de pictogrammen in de Verkenner wijzigen. Dat werkt zo:

• Klik bovenaan in het menu op Weergeven.
• Klik bijvoorbeeld op Normale pictogrammen, Lijst of Details en zie het verschil.

Op deze manier kiest u zelf uw favoriete weergave. Belangrijk: u moet dit voor elke map opnieuw instellen.

U kent nu de belangrijkste onderdelen van de Verkenner. Ook belangrijk is het aanbrengen van structuur, om bestanden gemakkelijk terug te vinden.