Waar vind ik instellingen van de Mac?

Iets aanpassen op de Mac? Bijvoorbeeld de grootte van teksten? Of het plaatje van het bureaublad? Er is veel mogelijk. Alle instellingen staan bij elkaar in de systeeminstellingen. Van het uiterlijk van het dock en de menubalk tot het bureaublad. Maar ook gebruikers en wachtwoorden beheer je hier. En de instellingen van aangesloten apparaten, zoals een muis, toetsenbord en beeldscherm.

Open de systeeminstellingen via de menubalk op een Mac met macOS Sonoma of nieuwer:

• Klik in de menubalk op het Apple-logo.
• Klik op Systeeminstellingen.
• Een venster venster Rechthoekig vlak op het bureaublad waarin de gebruiker bepaalde taken kan uitvoeren. De meeste vensters kunnen worden verkleind (minimaliseren), vergroot (maximaliseren) en afgesloten. Vensters worden gebruikt om: een aantal opties in onder te brengen (dialoogvenster); een bericht weer te geven (bericht- of waarschuwingsvenster); een programma in te openen (programmavenster) met allerlei onderwerpen verschijnt. Klik in het linkerdeelvenster op een van de onderwerpen en zie wat er allemaal valt in te stellen.

Voor elk onderwerp is er van alles in te stellen. Bekijk wat er mogelijk is en probeer gerust dingen uit. Is niet duidelijk wat een instelling betekent? Klik dan rechtsonder op het kleine vraagteken in de cirkel. Via deze helpknop opent een venster met uitleg over de instellingen. De Mac slaat aanpassingen in de systeeminstellingen automatisch op. Als u klaar bent, sluit u het venster. Doe dat met een klik op het rode bolletje linksboven in het venster.

Sommige aanpassingen gaan sneller via het bedieningspaneel. Zeker als u de instelling vaak aanpast. Denk aan het geluid of de helderheid van het scherm. Via dit paneel zijn veelgebruikte instellingen makkelijk bereikbaar. Open het paneel via het pictogram van twee schuifjes  in de menubalk.

Bij de systeeminstellingen gaat het om instellingen voor de hele computer. Instellingen voor programma's programma Een toepassing voor op een computer, tablet of smartphone. Een programma wordt geschreven in een programmeertaal door een programmeur. Het vertelt de computer wat hij moet doen. Het zorgt ervoor dat u bepaalde vensters te zien krijgt op uw beeldscherm en reageert op uw handelingen. Bekende programma's zijn Word voor tekstverwerken en Chrome om te internetten.Programma's worden steeds vaker apps genoemd.
staan op een andere plek. Open daarvoor eerst het programma. Bovenaan het computerscherm staat een menubalk. De inhoud van het menu verandert mee met het programma dat op dat moment actief is. Pas via deze menubalk instellingen voor programma’s aan.

• Open het gewenste programma.
• Klik in de menubalk op de naam van het programma, bijvoorbeeld Finder.
• Klik op Instellingen (in sommige programma’s heet dit Voorkeuren).
• Een venster met opties verschijnt. Pas de instellingen aan en sluit het venster. Het programma slaat de aanpassingen automatisch op.